Drents Heideschaap
Het Drents heideschaap is het enige gehoornde Nederlandse schapenras met een veelheid aan kleurvarianten. Het is een primitief schaap dat nog dicht bij de wilde voorouders staat. Met een schofthoogte van ongeveer 60 centimeter is dit type het kleinste inheemse schaap. Een volwassen ooi heeft een gewicht van 35-40 kg. Kenmerkend zijn de prachtige spiraalvormige horens van de rammen. Ook de ooien hebben kleine, rechte of een beetje gebogen horens (stikken). Soms komen ook ongehoorde dieren voor.
Het sobere Drents Heideschaap is het oudste schapenras van het vaste land van West-Europa. Vanaf ongeveer 4000 v. Chr. komt het in Drenthe voor; waarschijnlijk met emigranten meegekomen vanuit Frankrijk. Het Drents Heideschaap is, in tegenstelling tot de meer veredelde schapenrassen, in staat te leven op schrale heidegronden zoals deze veel voorkwamen in het noordoosten van Nederland. In vorige eeuwen hebben heideschapen een belangrijke bijdrage geleverd aan de verbetering van de landbouwgronden. Zonder schapenmest was akkerbouw in die tijd praktisch onmogelijk.
Het Drentse Heideschaap wordt getypeerd door een korte rechte profiellijn van de neus. De kop heeft een matte stugge beharing. De kruin is vaak van wol of krullend stug haar. De poten zijn rank en de dik-bewolde staart hangt tot ver onder de hak
Afhankelijk van de gronden waarop ze geweid worden, heide of graslanden, werpen de ooien 1 of 2 lammeren. Het Drentse heideschaap is met een stamboekpopulatie van ongeveer 2.600 dieren in 2005 kwetsbaar te noemen. Onze kleine kudde graast op diverse schraalgraslanden, bloem- en kruidenrijke weiden in de omgeving. De percelen worden niet geïnjecteerd met mest, hooguit bemest door de mest uit onze eigen potstal. Doordat de schapen niet preventief met allerlei middelen behandeld worden, kan gesproken worden van eerlijk vlees.